2025 is een speciaal jaar voor onze bond! Wij vieren namelijk dit jaar ons 55-jarig jubileum. Wij besteden graag extra aandacht aan dit jubileum, want onze bond neemt een unieke plaats in binnen de Nederlandse motorsport. Gedurende het jaar nemen we jullie daarom meerdere keren mee in de geschiedenis en ‘het wel en wee’ van onze organisatie. Dit bericht zal dus telkens aangevuld worden met wat nieuwe jaren.
De oprichting
MON heeft velen namen gekend. In 1970 is MON ontstaan uit de ‘wilde bond’ en opgericht als GeLimBra (Gelderland, Limburg en Brabant). Het doel van een aantal verenigingen was om een gezamenlijke motorcrosscompetitie op te zetten. Coureurs uit diverse dorpjes kwamen geregeld samen om op braakliggend terrein een onderling wedstrijdje te houden. Enkele clubmensen speelden voor ‘officials’, een loader maakte contouren van een baantje en de hoofdprijs was een premie van 2,50 gulden of een schroevendraaien. Deze coureurs wilden gewoon gezellig crossen, zonder verre reizen en verplichtingen en wilden dus niet aansluiten bij de bestaande bonden. Toch moesten er verzekeringstechnisch zaken geregeld worden en dus werd het besluit genomen om met elkaar in vergadering te gaan.
Bij de eerste bijeenkomst om een bond op te richten waren er diverse uiteenlopende reacties, van ‘veel succes’ tot ‘dat lukt nooit’. KNMV en NMB waren al bonden in Nederland en de bij de oprichting betrokken clubs lagen niet altijd op één lijn. Er bleek een opdeling te blijven in belangen tussen de Brabantse en Limburgse crossclubs. Dit veranderde toen er een voorzitter kwam die hier volledig buiten stond; Dick Blokland.
Op 12 februari 1970 was het zo ver. De clubs uit Afferden, Boekel, Boxmeer, Cuijk, Gemert, Gennep, Heesch, Oploo, Horst, Uden, Wanssum en Well kwamen tot de oprichting van Motorcross Organisatie GeLimBra (een afkorting van Gelderland, Limburg en Brabant). Zij sloot zich als zelfstandige bond aan bij de N.M.B.
1970 – 1975
Zoals het gaat bij nieuwe organisaties, kan het nooit allemaal vanzelf verlopen. Er staken hier en daar problemen op richting de samenwerking met N.M.B. Vanaf 1971 lukte het GeLimBra om een zelfstandige verzekering op te zetten en op eigen benen te gaan staan. Op het einde van het eerste seizoen, waarbij 283 rijders aan de start kwamen, waren alle problemen overwonnen en kon GeLimBra voortvarend aan de toekomst bouwen. In december volgde Koninklijke goedkeuring.
In 1972 meldde zich een sponsor ‘Bandenhandel de Molen’ die een jurybus en materialen ter beschikking stelde. Eind 1973 werden er afspraken gemaakt met de Belgische VBMSV en Duitse MSR om uitwisselingswedstrijden te gaan organiseren. De bond bleef groeien en uitbreiden!
Met 33 clubs en 534 startbewijshouders begon 1974. De sterk groeiende organisatie kreeg een bestuur uitbreiding en in hetzelfde jaar werd het eerste bondsblad (van 6 uitgaves) opgezet. Uiteindelijk was dit de start van ‘Cross & Grasbaannieuws’.
Door het oplopend aantal licentiehouders en clubs dat zich aansloten, werd druk gediscussieerd over de oprichting van een bondsbureau. Voorstanders wezen op de noodzaak van een professionele aanpak en een goed verzorgde administratie. Tegenstanders wezen er echter op dat dit te hoge financiële consequenties zou hebben voor een amateur-bond.
1975 – 1980
Begin 1976 kreeg GeLimBra de uitnodiging om toe te treden tot de Internationale Motorsport Bond voor Amateurs (IMBA). Ab Moerman werd gekozen in het hoofdbestuur van IMBA als sportleider en in hetzelfde jaar vond de eerste wedstrijd om het Europees Kampioenschap bij M.O. GeLimBra plaats in Schaijk.
De discussie over een bondsbureau bleef echter oplopen, wat ertoe leidde dat een gedeelte van het bestuur opstapte eind 1976. Na nieuwe vergaderingen werd besloten zaken te gaan delegeren, om zo de taken te kunnen verdelen. Er werden commissies benoemd, zoals de Straf- en Sportcommissie.
Nog in 1977 bereikte GeLimBra de magische grens van 1000 coureurs, een prachtige mijlpaal met 43 clubs. En met zo’n aantallen wordt het besluit genomen: het bondsbureau gaat van start.
In het jaar 1978 bereikt GeLimBra voor het eerst het TV-bolwerk. Flitsen van kampioenswedstrijden worden op TV getoond. Daarnaast werden André en Jan Cox uit Wanssum Europees kampioen Zijspan en behaalde Marjo van de Ven de titel in de 125cc klasse. De bond zet zich op kaart!
In 1979 wordt de naamsverandering doorgevoerd en gaat de bond verder onder Motorsport Organisatie Nederland. Dit omdat de aangesloten rijders inmiddels uit het gehele land komen, in plaats van enkel de drie Zuidelijke provincies.
Na diverse onderhandelingen met de Nederlandse Katholieke Sportfederatie (NKS) was in 1980 de aansluiting bij deze overkoepelende organisatie een feit.